Vorig jaar werden bijna 4600 vakantiewoningen verkocht. Dat is een toename van 15 procent ten opzichte van een jaar eerder, toen het minste aantal huisjes werd verkocht sinds 2016. Het aantal verkopen ligt wel nog steeds veel lager dan in het eerste coronajaar, toen de behoefte aan een buitenhuis het aantal verkopen opjoeg naar 7900.
De gemiddelde koopsom lag in 2024 op ongeveer 245.000 euro. Dat is een 9,7 procent meer dan in 2023, zelfs een procent meer dan de stijging van de prijzen van bestaande koopwoningen.
Vergrijzing en krapte
Volgens het Kadaster worden de verkopen gestimuleerd door de toenemende vergrijzing, de hogere inkomens en de krapte op de woningmarkt.
Belasting op vakantiehuis door het dak: ’We worden wel gedwongen om te verkopen’
Het Kadaster oppert ook dat de hogere belastingdruk in box 3 de verkopen stimuleert. “De toename van het aantal verkopen door particulieren kan deels dezelfde oorzaak hebben als de uitpondgolf van met name particuliere investeerders: overheidsmaatregelen maken vakantiewoningen minder interessant als investering.”
Vermogensbelasting
De belasting op vakantiehuizen is de afgelopen jaren sterk toegenomen, ook door de waardegroei van de huisjes. Volgend jaar dreigt een fictief tarief in de vermogensbelasting van 7,88 procent. Dat komt neer op een netto belasting van ongeveer 2,8 procent over de WOZ-waarde.
Vakantiehuisjes in de verkoop door onzekerheid over belasten van verhuur: vooral veel aanbod in Zeeland
Nederland telde volgens het Kadaster begin dit jaar bijna 4000 recreatieparken met daarop 1 of meer vakantiewoningen. Op deze parken staan ruim 127.600 vakantiewoningen. Dat zijn er ongeveer net zo veel als in 2024. De meeste parken liggen in Gelderland en Zeeland.
Meer dan 80 procent van de vakantiewoningen die vanaf 2019 werden gekocht, is zonder een hypotheek betaald.